Bongo en de Beestenbende

26 maart 2011 - Sydney, Australië

Bongo is na 3500 km weer ingeleverd, de Tasmanzee is overgevlogen en een nieuw land wordt alweer onveilig gemaakt. Hoogste tijd dus voor een résumé van onze laatste avonturen in het mooiste land ter wereld, want er is de afgelopen dagen weer flink op los gefeest en gebeest door ons. Zo hebben we onszelf te midden van honderden Ieren groen geverfd, hebben we Bongo down gekregen en zijn complete zeehond-, zeeleeuw- en pinguinkolonies nog jaren lang van streek door een bezoekje van twee Hollanders die altijd pas achteraf de veiligheidswaarschuwingen lezen.

Bij ons laatste blog eindigden we met de mededeling dat we al halverwege de westkust van het zuid-eiland waren beland en logischerwijs beginnen we dan ook met onze ijskoude belevenissen in dit deel van het eiland. De reden dat we richting Frans Jozef waren gereden was namelijk om een van de laatste drie ‘warme’ gletsjers ter wereld te beklimmen. We hadden hier de afgelopen weken veel indrukwekkende verhalen over gehoord en nieuwsgierige natuurliefhebbers als wij zijn wilden we dit dan ook wel eens met eigen ogen bekijken. Bij een toeristencentrum op een paar uur rijden van de gletsjer hadden we al een veel te dure dagtour geboekt toen het op weg naar Frans Jozef gigantisch begon te regenen. Helaas hield dit ook niet meer op tot het moment dat we ’s avonds aankwamen bij de gletsjer en met angst en weemoed kropen we dan ook ’s avonds ons busje in, biddend voor beter weer de volgende dag. Gelukkig heeft dit ook geholpen, want op het moment dat wij ons de volgende ochtend om 8.00 moesten melden bij de voet van de gletsjer scheen het zonnetje boven een strakblauwe lucht. Op het moment dat alle deelnemers in groepen waren verdeeld en wij onszelf uiteraard bij de snelle groep hadden geschaard kon de klim beginnen en zijn we in zes uur tijd langs en door vele indrukwekkende ijstunnels en andere winterse taferelen geleid. Het feit dat je deze tour alleen met een gids kan doen is omdat er jaarlijks nog wel eens een dode valt, dankzij vallende rotsen of ijsblokken door de continue beweging van de gletsjer. Geloof het of niet, maar deze gletsjer verschuift namelijk dagelijks nog 6 a 8 meter en daardoor moeten de gidsen dan ook iedere dag weer een nieuwe route bedenken en creëren. Na een hele dag klimmen en klauteren ploften we voldaan in Bongo om de volgende dag onze reis te kunnen vervolgen. Bongo had deze dag helaas andere plannen, want terwijl wij fit en fruitig voor zijn deuren stonden constateerden we een lekke band. Uitgerekend op zondag en uitgerekend in de kleinste plaats van Nieuw-Zeeland! Op het moment dat we zelf het reservewiel erop hadden gezet kregen we van de inmiddels telefonisch ingelichte huurmaatschappij te horen dat we daar geen meter op mochten rijden (geef dan geen reservewiel...) en dus stonden we een dagje langer op een parkeerplaats in dit alles behalve levende stadje.

De maandag erna kreeg Bongo zijn hoognodige oppepper en konden de volgende Nieuw-Zeelandse haltes worden aangedaan. De eerste stop was de historische goudzoekersstad Arrowtown waar we op de parkeerplaats voor een motorcafe, en dus onder het vermakelijk en toeziend oog van een groep bierdrinkende motorrijders, een lekker vers schnitzeltje bakten. Na een korte wandeling door het centrum ging de rit verder naar Wanaka, beroemd om zijn meer, natuurwandelingen en cosy bioscoop met zitzakken, fauteuils en Chesterfieldbanken in plaats van de traditionele bioscoopstoelen. We konden het dan ook niet laten om hier even een filmpje te pakken, lekker onderuitliggend op een bank die je je thuis laat voelen. Wanaka is ook de stop geweest waar we de politie weer eens met een bezoekje moesten vereren, want op mysterieuze wijze waren we ineens ons navigatiesysteem kwijt. We kwamen er pas achteraf achter dat de voordeuren van Bongo helemaal niet goed sluiten en dus loopt er in Wanaka nu naar alle waarschijnlijkheid iemand rond met een ontzettende hippe Navman. Nu is het zuiden van Nieuw-Zeeland ongeveer nog rustiger dan Waspik op zondag en dus konden we op eigen houtje ook best de weg vinden over de rest van het eiland. Zo reden we voor de volgende overnachting slechts in 1,5 uur naar Queenstown, dat zichzelf promoot als “The Adventure Capital of the World” en daarnaast ook door velen wordt gezien als de partystad van Nieuw-Zeeland. Niet geheel toevallig hebben we hier dan ook 3 nachten onze Bongo geparkeerd. Twee keer stonden we lekker dicht bij de stad, om zo het uitgaanscentrum makkelijk te kunnen vinden maar voor een nacht hebben we op misschien wel een van de mooiste plekjes ooit gestaan. Langs een groot en uitgestorven meer tussen een aantal indrukwekkende bergen. In Queenstown heb je onder andere de hoogste swing ter wereld waarbij je vanaf een 160 meter hoog platform tussen twee bergen heen en weer wordt geslingerd en deze stad huisvest de hoogste bungyjump van Australasia, met een hoogte van 134 meter. Koen moest door geld gebrek helaas afhaken, maar Robbert kon het niet laten om beide avonturen aan te gaan om zo wederom twee wensen van zijn bucketlist af te strepen. Gelukkig konden we dezelfde avond alweer geld besparen nadat Koen, slechts een kwartier na entree, de kroeg uit werd gezet omdat hij ‘te dronken’ zou zijn. Verassend vroeg kropen we dan ook weer Bongo in om de schade de volgende dag in te kunnen halen tijdens, het van origine Ierse, maar wereldwijd gevierde, St. Patricks Day. Van oudsher wordt op deze dag de geboortedag van de katholieke bisschop St. Patrick gevierd, maar in de Ierse pubs die al vanaf ‘s ochtends vroeg vol stonden was hier weinig besef. Nu wilden wij onze vers opgedane historische kennis niet bij iedereen opdringen en dus lieten we ons maar ook lekker los gaan in het laveloze en overwegend groene feestgedruis.

De laatste dagen in Nieuw-Zeeland stonden, na de gezellige avonturen vol gerstennat, vooral in het teken van Moeder Natuur. Allereerst reden we vanuit Queenstown in vijf uur naar Milford Sound, volgens velen het mooiste stukje van Nieuw-Zeeland en om die reden dan ook op nummer 1 in de door het nationaal toerismebureau uitgegeven “101 must-do’s for Kiwi’s”. Via een cruise van 2,5 uur werden we de volgende ochtend dan ook langs een onbeschrijfelijk mooi stukje van deze aardkloot gebracht en begrepen we meteen waarom deze plek in de folders werd beschreven als magisch, mystisch en indrukwekkend. De foto’s spreken ook voor jullie waarschijnlijk voor zich en zodra we terugzijn zullen we met liefde de hoge resolutie foto’s hiervan aan de meeste meelezers laten zien. Om een paar dagen voor vertrek toch ook nog de oostkust volledig te kunnen bewonderen besloten na deze indrukwekkende cruise maar weer eens voor een rit van 400 kilometer de auto in te stappen en in een keer door te rijden naar Dunedin, de studentenstad van Nieuw-Zeeland. Daar aangekomen bleek al snel dat we het grootste studentenfeest van het jaar hadden gemist, het jaarlijkse studentencarnaval. Onze weg badend tussen slalommende pandaberen, piraten, spidermans en andere jongeren die te dronken waren om nog te weten als wat ze verkleed waren vonden we uiteindelijk een laatste plekje op een knusse familiecamping. De volgende dag reden we naar het nabij gelegen Otago Peninsula, dat bekend staat om zijn wildlife en de aanwezigheid van het enige kasteel van Nieuw-Zeeland. Om werd echter ook verteld dat, om iets speciaals te kunnen zien hier, je of heel veel geluk moest hebben, of heel veel geld. Aangezien we het laatste absoluut niet meer hebben, moesten we hopen op het eerste en dit wierp gelukkig ook zijn vruchten af. Al bij het eerste strandje waar we stopten lag een gigantische zeeleeuw in alle vrijheid op het strand te genieten van het zonnetje. Niet wetende dat deze beesten erg gevaarlijk zijn en dat je daarom ook 20 meter afstand moet bewaren, beslopen we deze verse vleesunit, dansten we er vrolijk omheen, gingen we er naast liggen en deden we nog veel meer onverantwoorde dingen om zo wat leuke foto’s en filmpjes te schieten en deze zeebewoner verder over de zeik te helpen. Dit ritueel herhaalde zich nog enkele malen toen we later nog meer zeeleeuwen en zeehonden in het wild spotten. Halverwege de dag wilden we nog een bezoekje brengen aan het kasteel, maar aangezien hier $25,- werd gevraagd om het kasteel alleen pas vanaf de buitenkant te zien, maakten we hier maar weer snel rechtsomkeert. Op een verlaten bergpas achter het kasteel, vonden we echter plots een schitterende kans om alsnog het kasteel te kunnen bewonderen, want waar voor de rest overal een groot hek omheen stond was de weg tussen het middeleeuwse gebouw en onze Bongo nu slechts gescheiden door een bebost heuveltje. Uiteraard lieten wij ons hier niet door tegen houden en na een korte klim stonden we opeens midden in de goed onderhouden tuinen voor het kasteel. Daarnaast hebben we geheel gratis de beroemde albatrossen van Otago Peninsula kunnen bewonderen toen enkele exemplaren uit de kolonie de vleugels buiten de geijkte en betaalde omgeving spreidden. Onze laatste tarting van de wet, bestond uit het op stang jagen van een groep pinguins die op weg waren naar hun veilige broedplaats in de duinen. Net daarvoor hadden we een uur lang met z’n tweeën in een vogelspottershut(!) de zonsondergang afgewacht om zo ‘the march of the pinguins’ met eigen ogen te kunnen aanschouwen. Helaas lieten zich maar twee exemplaren zien tijdens onze lange zit en dan ook nog eens op afstand waarbij je eigenlijk een verrekijker nodig had. Enigszins teleurgesteld dropen we dan ook in het donker af naar ons busje, toen we ineens aan uitgerekend de andere kant van het strand een groepje zagen lopen. In volle sprint passeerden we dan ook alle “do not cross” borden om zo toch nog een glimp in het maanlicht van deze bijzondere beesten te kunnen opvangen. Uiteindelijk waren we de pinguins op een paar meter afstand benaderd en hebben we ook deze gratis natuurattractie kunnen pakken. Niet wetende dat je 200 meter afstand moet bewaren om ze niet tot krijsens toe gek te maken, een geluid dat wij uiteraard wel hebben gehoord...

Na een korte stop en wandeling door het centrum van de aangeslagen spookstad Christchurch zijn we via een 3 uur durende vlucht inmiddels platzak in Australië aanbeland, het duurste land van onze trip. Zonder enige planning en pecunia’s zullen we hier de aankomende zes weken moeten zien te overleven, hetgeen voor jullie vast weer een paar vermakelijke afzienverhalen zal opleveren. Meer hierover uiteraard in het volgende blog! Wij gaan weer eens de straat op, op zoek naar wat losse muntjes op de grond...

Foto’s

7 Reacties

  1. Albertine (vriendin Dineke):
    26 maart 2011
    Gave verhalen. Goede herinneringen aan NZ. Wij hebben ook aan dat meertje gestaan bij Queenstown. Was super!
  2. Brigitte:
    27 maart 2011
    Haha super vet verhaal, jullie vermaken jullie daar nog steeds kostelijk zo te horen =) Geniet ervan!
  3. Ecker:
    28 maart 2011
    Ik verkoop heel de zooi hier en kom eraan!
  4. Irna:
    28 maart 2011
    hahah, muntjes kunnen vinden? één fijne mededeling is dat je in australie ook best van die trucjes uit kan halen om gratis binnen te komen in leuke bezienswaardigheden:)
  5. Nicolien:
    28 maart 2011
    Klinkt weer goed jongens, leuk om te lezen!! En Koos, dat je die swing hebt gedaan: respect! Ik vond mn skydive eng (en duur) genoeg!!
    Heel veel plezier in Australie!! Ben zeer benieuwd op welke plaatsen jullie daar komen. Als enige tip kan ik The Gaff aanraden, leuke tent waar je onwijs goede maaltijddeals hebt (Gratis maaltijd bij je drankje). Geen sterrenmaaltijden, maar heus zo erg nog niet. Het zit aan de rand van Kings Cross geloof ik.
    Nou zettumop, have fun!! Groetjes, Nicolien
  6. Claudia:
    28 maart 2011
    Als ik wakker word denk ik was je maar hier,
    's middags merk ik hoe erg ik je mis.
    Voor ik ga slapen voel ik dat ik veel van je hou
    En dan tussendoor denk ik alleen maar aan jou.
  7. Laura:
    29 maart 2011
    hey wist je dat ik ook op Paddy's day in Queenstown was?! Er liepen 2 brabanders met groene verf op hun gezicht op straat, ik liep er met een grote boog omheen. Misschien hebben jullie ze gezien, samen met mijn camara want die ben ik kwijtgeraakt daar wist je dat?! ...hmmm...